dinsdag 7 augustus 2007

Naar Zion

Verhuisdag - een stuk minder ver rijden dan naar Ely, maar nog wel een heel stuk door de woestijn. Het blijft ongelooflijk landschap, maar het went. Je vraagt je alleen af waar die mensen die hier af en toe toch een huisje hebben, van kunnen leven. Er groeit weinig tot niets en de afstand tot dorpjes is erg groot.
We reden eerst richting Basin National Park, maar Henk (zo hebben we onze GPS wegwijzer hier in Amerika herdoopt, omdat hier een man ons de weg wijst) wees ons voor het park al naar het zuiden, en dat deden we toen maar braaf. Het park zouden we graag ook bezoeken, maar de afstanden dwingen ons tot keuzes, willen we niet hele dagen in de auto hoeven te vertoeven.
Net in Utah aangekomen, kreeg Ernst prompt weer bereik op zijn telefoon. In Nevada lukte dat geheel niet.
Snel na Cedar City zagen we de eerste contouren van Zion, maar we moesten nog helemaal naar het zuiden rijden om het National Park binnen te kunnen. Helaas bleek de door ons uitgezochte camping (met douches) vol, en moesten we naar de camping zonder douches waar iedere haring met heel veel moeite de grond in kon worden geduwd (wij hebben geen hamer en bovendien lichte harinkjes). Heet, heet, heet, waarschijnlijk ook omdat we uit de airconditioned auto kwamen. We wilden echt niet op de camping blijven in die hitte en begonnen dus maar aan de verkenning van het park. Prachtig was dat: we stapten in de shuttle bus (het is niet meer de bedoeling dat iedereen zelf per auto door het park rijdt, prima idee) en reden tot het eind: de tempel of Sinawava

Geen opmerkingen: